Hoge verwachtingen
Arnhem, op een vrijdagavond meer dan tien jaar
geleden, Café Dudok. Een statig voormalige bankgebouw met hoge ramen, een hoge
stoep en chique deuren. Alleen een rode loper ontbrak. Maar ook zonder rode
loper voelde ik mij een schrijver die voor het eerst het boekenbal betreedt.
Nee, dicht bij de grond blijven, dacht ik, al zwol
mijn hart van verwachting. Voor de derde keer in mijn leven had ik meegedaan
aan een schrijfwedstrijd, misschien won ik vanavond wel een prijs.
Een werkelijk groot auteur
Mijn hart zwol vooral ook omdat er voorafgaande aan
de prijsuitreiking en nadat vier lokaal bekende amateurschrijvers uit eigen
werk hadden voorgedragen, een werkelijk groot auteur zou worden geïnterviewd.
Een werkelijk groot auteur die met een van zijn boeken miljonair was geworden.
Jan Siebelink.
Met mijn schrijverij miljonair worden, dat wilde ik
ook wel. Ik zou graag uit Siebelinks mond willen horen hoe hij het ‘m had
geflikt.
Sisklanken
Ik was niet de enige die weinig meekreeg van wat de
lokaal bekende amateurschrijvers uit eigen werk voor te dragen hadden.
Regelmatig klonken er sisklanken op uit het luisterend publiek. Uit het
luisterend publiek keek ook menigeen achterom.
Ja, het kwam van het buffet. Achter het buffet stond
personeel afgewassen en afgedroogde kopje en schoteltjes en glazen luidruchtig
op hun plek terug te zetten. Vóór het buffet zaten en stonden hele drommen
mensen, onder het genot van een drankje kletsten ze er vrolijk op los.
Die waren niet gekomen voor de prijsuitreiking.
Evenmin waren ze gekomen voor de lokaal bekende amateurschrijvers. Zelfs niet
voor een werkelijk groot auteur als Jan Siebelink. Hoogstens waren ze gekomen
voor de rockband, die na de prijsuitreiking zou zorgen voor muziek waarop kon
worden gedanst.
Van geen kwaad bewust
Die zich van geen kwaad bewuste drommen mensen aan
het buffet moeten hebben gedacht: Wat is er in de zaal gaande? Waarom moet dat
hier plaatsvinden, in ons stamcafé? Omdat het hun stamcafé was, konden ze
moeilijk na elk gesis langer dan twee minuten stil blijven.
Akoestiek
Maar het lag niet alleen aan de bedrijvigheid van
cafépersoneel. Het lag niet alleen aan het telkens weer op gang komen van het
vrolijk geklets van de stamgasten. De sprekers op het podium waren ook om
andere redenen moeilijk te verstaan. De woorden van de presentator en die van
de lokaal bekende amateurschrijvers klonken ongekend dof. Die woorden leken na
het verlaten van de luidsprekerboxen onmiddellijk te worden geabsorbeerd door
de kleren van de mensen voor mij. En niet alleen achter mij maar ook tot hoog
boven mij hoorde ik het rumoer van het buffet in tienvoud.
Hoe een Literair Kletscafé succesvol op te
zetten
Dat de organisatoren uitgerekend dit café voor hun
literaire bijeenkomst hadden uitgekozen. Zij moeten hebben gedacht:
zorg voor een hoge ruimte met hoge ramen, waarin het
geluid flink kan galmen;
zorg voor een slechte geluidsinstallatie;
zorg voor niet meer dan één microfoon die met veel
ruis en gepiep van de ene spreker naar de andere spreker kan gaan;
zorg ter opluistering en lokkertje voor een rockband,
waar vooral niet-literatuurgeïnteresseerden op afkomen;
zorg dat het Literair Kletscafé voor iedereen gratis
toegankelijk is, zodat er zo veel mogelijk mensen op afkomen die vooral niet in
literatuur zijn geïnteresseerd;
en om de zaal compleet vol te krijgen: kies voor de
vrijdag- of zaterdagavond!
Interview
De presentator kondigde Jan Siebelink aan. Ik zag het
gebeuren, tussen de schouders door van het applaudisserend publiek voor mij:
een werkelijk groot auteur nam plaats.
Het eerste wat hij in de naar hem uitgestoken
microfoon zei, was: ‘Ik weet niet of het wel zo veel nut heeft om mij te
interviewen. Daarvoor is de zaal veel te rumoerig en de installatie komt er
niet bovenuit. Van wat er tot nu toe vanavond is gesproken, heb ik nauwelijks
de helft meegekregen. Ik kom liever een andere keer terug en dan op een andere
plek.’
Op herhaaldelijk aandringen van de presentator bleef
Siebelink toch zitten. Op elke vraag van de interviewer gaf hij een antwoord.
Een paar keer kwam hij er op terug, dat het weinig zin had. Dan werd er opnieuw
vanuit het naar hem aandachtig luisterend publiek gesist. De presentator
verzocht zelfs een keer om 'Stilte, daar aan het buffet.'
Prijzen winnen en miljonair worden
Siebelink, ik heb zo veel van hem verstaan dat ik nog
steeds niet weet hoe je met je schrijverij miljonair kan worden. En een prijs
gewonnen met mijn voor die schrijfwedstrijd ingezonden verhaal heb ik ook niet.
Prijzen winnen zou mij pas jaren later lukken. Dat is fijn en hoopgevend. Maar
met mijn proza miljonair worden, dat wil ik allang niet meer. Als schrijver kun
je maar beter dicht bij de grond blijven. Maar een rode loper naar het
boekenbal, dat sla ik niet af.
Mooi verhaal Henk, ik moet weer denken aan de keer dat ik met een wild vriendje mee ging naar het echte boekenbal in Amsterdam. Ik was toen 20. Schrijvers interesseerde mij toen nog geen biet. Uitgaan, stralen, schitteren, flirten en drinken... dat deed het gros van de gasten. Gezien worden en er werd driftig gevreeën...van een prijsuitreiking, als die er was, herinner ik mij niets meer, maar ik heb nog wel een mooie foto waar ik op sta met een laag uitgesneden zwarte jurk aan en een glas in mijn hand, compleet met de wilde vriend die overigens al weer jaren dood is.
BeantwoordenVerwijderenMooi verhaal Henk. Ik moet denken aan mijn eerste boekenbal. Was toen 20, werd uitgenodigd door een wild vriendje. Het was het enige echte boekenbal in Amsterdam, blijkbaar heel exclusief. Fotografen flitsten driftig. Schrijvers interesseerde mijn toen geen biet. Gezien worden, flirten, schitteren, drinken... vrijen... Van een prijsuitreiking herinner ik mij niets meer... gekleed in een laag uitgesneden zwarte jurk, met een glas in mijn hand en met het vriendje sta ik op een foto. Ik heb de foto nog, maar het vriendje is al jaren dood...
BeantwoordenVerwijderen