dinsdag 20 juni 2017

Van kort verhaal naar volwaardige roman: ‘Eksteroog’ – deel 5


Over het nut en het oordeel van de meelezer

Woordblindheid
Als je zo lang bovenop een tekst als die van mijn roman ‘Eksteroog’ hebt gezeten, kun je zelfs na hem een jaar niet meer te hebben ingezien nog woord voor woord dromen. Je weet dan niet meer wat nog goed is en wat slecht. Daarom is een meelezer onontbeerlijk.

Meer dan een, minder dan vier
Liever nog kun je er een tweede of derde bij vragen. Meer niet. Want elke meelezer afzonderlijk zal zijn eigen specifieke mening over je proza hebben en al die meningen bij elkaar hoeven niet per se met elkaar overeen te komen. Meer dan drie meelezers kunnen alleen maar verwarring bij jou als schrijver scheppen.

Oordelen deskundig beoordelen
En verwarring scheppen, dat kunnen ze. Ikzelf kan zelfs al moeite hebben met één meelezer. De persoon in kwestie is zelf ook schrijver, dus ervaringsdeskundige, ze weet waarover ze spreekt. Dat maakt wat je van haar opmerkingen moet vinden soms erg moeilijk.

Twee soorten meelezers
Als tweede en/of derde meelezer zou je dan iemand moeten kiezen die louter uit belangstelling voor de literatuur je manuscript zou willen doorlezen: de ideale meelezer.

De ideale meelezer
Ik zeg het maar meteen: de ideale meelezer bestaat niet. Een (mee)lezer haalt uit een tekst toch vaak weer net iets anders dan jij er als schrijver in hebt gestopt.

Multi interpreteerbaar proza
Zo liet ik eens een zogenaamde ideale meelezer een van mijn verhalen lezen, waarvan ik dacht dat sommige scenes nogal komisch waren. Mijn ideale meelezer vond ze nogal eng. Wat is de opa in mijn verhaal van plan?
Je kunt het als een compliment beschouwen wanneer je proza multi interpreteerbaar is, voorzien blijkt van een zekere gelaagdheid. Maar komisch bedoelde scenes interpreteren als eng?

De meelezer doorvragen
Ik had de meelezer in kwestie meer vragen moeten stellen. Wat zij precies met ‘eng’ bedoelde. Want het kan evengoed zijn dat zij de scenes zelf niet als eng opvatte, maar wel de manier waarop ik ze geschreven heb. Met suspense.

Interpretatie van de schrijver
Ja, ik houd ervan om het verklappen van geheimen zo lang mogelijk uit te stellen. Misschien raken hierdoor sommige lezers net iets te gespannen, kunnen ze niet wachten op de ontknoping, gaat hun hart sneller kloppen alsof er inderdaad iets engs te gebeuren valt, terwijl in werkelijkheid de opa in mijn verhaal alleen maar een pijp gaat opsteken.

Zwijgen over het meest eigene
Laat ik het daar maar op houden. Want ik geloof niet dat het zal helpen om een zogenaamde enge tekst minder eng te maken. Het heeft geen zin om alle engheid te vervangen met glasheldere maar verder nietszeggende zinnen. Daarmee beknot je je eigen stijl.
En de stijl… Vooropgesteld dat hij niet omslachtig of onbedoeld ouderwets is, de stijl is het meest eigene van een schrijver - daarin is de schrijver uit duizenden andere schrijvers te herkennen. Daarom mag een meelezer wel een mening hebben over de stijl, maar verder heeft die meelezer er niets over te zeggen. 

N.B.: ‘Eksteroogs diagnose’ heet tegenwoordig ‘De geschonken tijd’

1 opmerking:

  1. Mijn ervaring is dat komische scenes het lastigst zijn, omdat gevoel voor humor zo verschillend is. Anders is dat met suspense, een eenzame vrouw in een donkere steeg... altijd eng. Ik heb ook wel eens een meelezer gehad, die al mijn grappen schrapte. Huh? dacht ik toen. Grappig, toch.

    BeantwoordenVerwijderen